poppenziekte

Soms verliezen mensen zich zo in poppen dat zij poppen als persoonlijke wezens willen gaan beschouwen. Dit is een vreemde ziekte dat door verschillende verhalen natuurlijk wordt uitgedrukt. Je kan je afvragen van wat is echt en wat is onecht. Wat is waar en wat is fictie? Eens leerde ik de poppenklliniek van Dora Anna kennen. Ze had net als mijn tante een hele grote zwak voor poppen en had er zelfs een kliniek voor opgericht. Samen met haar man was ze begonnen om poppendokter te worden en na het sterven van haar man, had ze deze hobby nog een tijdje door willen zetten.

 

Mijn tante is  ook helemaal gek op poppen geworden en ze leeft al vele jaren  in een huis dat van beneden tot  boven helemaal gevuld is met poppen, speelgoed. spelletjes en knuffels. Ze leeft hiermee in haar eigen droomwereld.

Een droomwereld die mensen dus zelf kunnen maken. Sommige mensen noemen haar gek, maar gek heb ik mijn tante nooit gevonden. Ze vertelde me dat de oorlog een hele grote indruk op haar had nagelaten en vooral dat ze door deze zeer ongelukkige omstandigheid vrijwel nooit op een normale manier met poppen of met speelgoed had kunnen spelen. Toen de oorlog was afgelopen kwam ze hier heel duidelijk achter en ze wilde gaan trouwen met een beeldend kunstenaar. Hier kreeg ze 3 kinderen van, dus voor mij zijn dat 2 neefjes en een nicht. In het verloop van haar huwelijk bleek ze na vele jaren toch niet in staat om het samen leven met haar man vol te houden. De vele experimenten die haar man wilde uitvoeren kon ze dus niet meer echt in mee gaan en op een gegeven moment is ze er mee opgehouden en heeft zij zich uiteindelijk op poppen willen gaan richten. Poppen die haar in ieder geval minder kwaad konden doen. Haar passie werd haar leven en de wereld waar ze uiteindelijk heerlijk in weg kon dromen, iedere dag wer opnieuw. Poppen zijn minder lastig dan eigenzinnige mensen natuurlijk en daarom verkoos ze de eenzaamheid in haar egen poppenwereld die haar eigen verhaal of haar eigen zelfbedachte sprookje mocht gaan verbeelden. Toch is ze de angst voor "oorlogen" er nooit mee kwijt geraakt. Een Geert Wilders ziet zij nog steeds als een 2e Adolf Hitler, naar de Nederlandse televisie kijkt ze niet meer omdat de Belgische televisie nou eenmaal veel vriendelijker klinkt en de draaischijf telefoon gebruikt ze nog steeds en wil ze absoluut  geen afstand van doen. Want waarom zou je afstand doen van het oude als het nog prima werkt?

Ze zit misschien een beetje in een isolement, maar ze is zeker heel erg lief en ook bijzonder die tante van mij. Soms wou ik dat ik haar iets meer werkelijke liefde kon laten zien en misschien komt dat nog wel eens. Zonder goede voorbeelden zullen mensen daar vaak eeuwig naar op zoek blijven zijn.

 

Een andere vrouw die ik heb meegemaakt en die zeer intens met haar poppen was, was mijn voormalige schoonmoeder. Ze gaf zelfs les in het poppen maken. Hier had ze zo haar eigen methode voor gevonden en dat vonden veel oudere huisvrouwen echt leuk om te doen. Toch kwam ze er ook achter dat het maar poppen waren en dat ze eigenlijk ook wel iets meer met echte mensen wilden doen. Daarom heeft ze toen haar poppenspel willen combineren met theater. Ze maakte vanachter haar naaimachine zelf haar poppen en toen ook zelfs hele decors. Ze vond het fantastisch hoe je met textiel de werkelijkheid kon nabootsen en dan zelfs nog gebruik kon maken van de elementen die je kon vinden in de natuur. De toevaltreffers van de speling der natuur kregen een plaats in haar creaties, maar het bleven helaas poppen die ze kon maken en geen echte kunstwerken. Een pop maken is natuurlijk kunstig, maar zonder een sterk verhaal, blijft het hangen in techniek en vormgeving. De inhoud van een kunstwerk wordt bepaald door de mate van werkelijke  inleving van het spirituele beeld en dat is nooit iets dat alleen maar samengesteld is door de techniek, hoe bedreven men er ook in kan zijn. Natuurlijk is zij wel in staat gebleken om een werkelijke eigen droomwereld uit te beelden en daar zit dan ook haar werkelijke kracht. Ze zou dus eigenlijk voortdurend groot moeten denken, omdat het klein denken alles erg kneuterig en onbeholpen maakt. Geloven kun je nou eenmaal niet in poppen of in een poppenspel. Want poppen verbeelden levenloze creaties en mensen hoeven dat dus zelf niet te doen. Wanneer men samen werkt met de juiste partner zal er een betovering plaats kunnen vinden. Maar zodra men dit wil issoleren, verliest het weer al zijn kracht en magie.

Een poppenhuis

Titelpagina manuscript 1879

Een poppenhuis (Noors: Et dukkehjem) is een toneelstuk van de Noorse schrijver Henrik Ibsen uit 1879. Belangrijkste thema van het werk is de vrouwenemancipatie. Het boek had grote invloed op de opkomst van de vrouwenbeweging.

Verhaal

Hoofdpersoon Nora Helmer is getrouwd met Torvald, die haar op een autoritair-directieve en kinderlijke wijze behandelt. Het stuk opent tijdens de kerstdagen. Torvald heeft net promotie gemaakt tot directeur bij de bank waar hij werkt, maar wijst er Nora op belerende wijze nadrukkelijk op dat ze gewoon zuinig moet blijven leven. Vervolgens komt Nora’s vroegere vriendin Christine Linde op bezoek. Nora en Christine hebben elkaar tien jaar niet meer gezien en vertellen wat er tijdens die periode is gebeurd. Christine was gehuwd met een rijk man, maar toen hij stierf liet hij haar niets na. Ze zit nu in geldnood en vraagt Nora bij haar man te bepleiten dat ze een aanstelling krijgt bij zijn bank. Nora vertelt Christine op haar beurt dat zij zich jaren geleden buiten medeweten van Torvald in de schulden heeft gestoken om een voor diens gezondheid noodzakelijke buitenlandse kuur te financieren. Ze vervalste daartoe een borgstellingbewijs en voert nu al jaren werkjes uit om het terug te betalen. Kredietverstrekker Krogstad, een vroegere geliefde van Christine, blijkt echter net achter de vervalsing te zijn gekomen en stuurt daarover die kerst een brief aan Torvald. Als Torvald de brief leest is hij woest, maakt grove verwijten aan Nora en verordonneert dat zij het huis niet meer verlaat. Hij wil kost wat kost een schandaal vermijden en zal zijn zaakjes met de verwenste Krogstad zelf wel oplossen. Inmiddels heeft Christine zich echter tot Krogstad gewend, beiden worden opnieuw verliefd op elkaar, en Krogstad stuurt het vervalste borgstellingsbewijs terug naar de Helmers. Als Torvald het papier ontvangt zegt hij Nora te vergeven en vindt dat alles vervolgens gewoon weer verder kan gaan, als vanouds.

Betty Hennings als Nora in een der eerste uitvoeringen van ‘‘Het poppenhuis’’, Kopenhagen, 1879-1880

Nora trekt echter haar conclusies uit het hele gebeuren. Zij ziet ineens dat het Torvald nooit om haar te doen is geweest maar vooral om eer en status. Ineens komt hij haar nu klein en zielig over. Uiteindelijk verlaat ze haar man en kinderen en met het later beroemd geworden dichtklappen van de deur eindigt het stuk.

Het poppenhuis is duidelijk een tendensroman. Het brengt de vrouwenkwestie en het huwelijksprobleem in discussie en doet dat met veel overtuigingskracht. Maatschappelijk zorgde het stuk rond 1880 voor veel opschudding en onrust; er werden zelfs demonstraties voor en tegen het stuk gehouden, niet alleen in Noorwegen maar in heel Europa. Het poppenhuis is dan ook wel een der meest invloedrijke werken genoemd die ooit werden geschreven[1]. Nora’s laatste woorden tegen haar man (“ik moet nu eerst mezelf onderwijzen, en dat kun jij niet voor mij doen… Ik heb ook nog een plicht, even heilig, mijn plicht jegens mijzelf…”) wordt sinds die tijd beschouwd als een strijdkreet voor de vrouwenbeweging die de zelfverwerkelijking en individualiteit van de vrouw centraal stelt.

Een poppenhuis is echter niet alleen een tendensroman maar ook een psychologisch drama over hooggespannen verwachtingen die ontgoocheld worden. Nora verwacht op een gegeven moment een wonder: haar man zal als een ridder voor haar optreden. Wanneer dat anders blijkt te zijn stort haar wereld in en blijft ze enkel op haar eigen kracht aangewezen.

In 2002 werd Een poppenhuis opgenomen in de lijst van beste 100 boeken uit de wereldliteratuur, samengesteld op initiatief van de Noorse boekenclubs en de Zweedse Academie.

Noot: cf. Malcom Bradbury: “Schrijvers van de nieuwe tijd”

Maak jouw eigen website met JouwWeb